De oorlog in Gaza heeft geresulteerd in een reeks massademonstraties in Europese steden ter ondersteuning van de Palestijnen. Dit heeft geleid tot een piek in antisemitische incidenten en heeft de angst onder Joodse en Israëlische gemeenschappen voor mogelijke aanvallen doen toenemen. Hoewel de meeste regeringen in de Europese Unie achter Israël staan, varieert de situatie in Europa afhankelijk van de lokale demografie, de vastberadenheid van de regering om demonstraties ter ondersteuning van Hamas te bestrijden en eerdere opvattingen over het Israëlisch-Palestijnse conflict. Landen met een grote moslimpopulatie en immigrantenpopulaties uit het Midden-Oosten hebben doorgaans grotere anti-Israëldemonstraties.

In Groot-Brittannië gingen tienduizenden demonstranten de straat op om te protesteren tegen de oorlog in Gaza. Ze zorgen ervoor dat ze Hamas niet openlijk steunen, maar de Britse media hebben in het Arabisch gezangen opgenomen die verwijzen naar de massamoord op Joden. Voorlopige cijfers laten een aanzienlijke toename zien van antisemitische incidenten in Groot-Brittannië, en de politie heeft onderzoeken geopend naar opruiing en illegale activiteiten in verband met steun aan Hamas.

Frankrijk heeft een hardhandige aanpak gevolgd in de aanpak van pro-Palestijnse protesten, en alle demonstraties van solidariteit met Gaza en de Palestijnen zijn illegaal verklaard. Er hebben nog steeds demonstraties plaatsgevonden, maar de politie heeft deze met geweld uiteengedreven en talloze arrestaties verricht. Frankrijk heeft een grote moslimbevolking, en conflicten uit het verleden in Israël zijn overgeslagen naar de Franse steden en hebben ongeregeldheden veroorzaakt.

Er zijn demonstraties ter ondersteuning van de Palestijnen geregistreerd in andere Europese steden, waaronder Bern, Milaan en Wenen. Deze demonstraties bevatten vaak slogans waarin werd opgeroepen tot de vernietiging van Israël, wat leidde tot de annulering of verspreiding ervan door de autoriteiten. In Italië zijn er meldingen geweest van pro-Hamas-graffiti en vandalisme.

In Scandinavië is aan kleine Joodse gemeenschappen in Zweden en Denemarken geadviseerd om te overwegen of ze Joodse symbolen in het openbaar moeten tonen of Hebreeuws moeten spreken. In beide landen hebben in grote steden pro-Palestijnse demonstraties plaatsgevonden. De koningin van Denemarken bezocht een synagoge in Kopenhagen als blijk van steun voor de Joodse gemeenschap.

Duitsland heeft ook protesten gezien ter ondersteuning van de Palestijnen, waarbij een rechtbank in Frankfurt een demonstratie tegen de bezwaren van lokale autoriteiten goedkeurde. Sommige gemeenten, waaronder Berlijn, hebben symbolen die verband houden met het conflict op scholen verboden en hebben gevallen gedocumenteerd waarin Joodse huizen werden gemarkeerd met de Davidster. Ook in verschillende Duitse steden zijn Israëlische vlaggen vernield.

Terwijl de Europese straat vooral pro-Palestijnse demonstraties heeft gezien, blijven de belangrijkste landen in de Europese Unie ondubbelzinnige steun betuigen aan Israël. De voorzitter van de Europese Commissie, de Duitse minister van Buitenlandse Zaken, de Franse minister van Buitenlandse Zaken en de voorzitter van het Europees Parlement hebben de afgelopen dagen allemaal Israël bezocht om hun steun te betuigen.